Low Energy:
team kabbelt onder prestatieniveau
Low Energy...
Na een lange periode van thuiswerken kan een team ogenschijnlijk goed blijven functioneren, terwijl de vitaliteit langzaam weglekt. Overleggen verlopen netjes, taken worden uitgevoerd en deadlines gehaald. Toch is de energie laag. Initiatief ontbreekt, ideeën blijven uit en gesprekken missen scherpte.
In individuele gesprekken hoor je twijfel, voorzichtigheid of lichte irritatie. In teamoverleggen gebeurt weinig. Leidinggevenden duiden dit vaak als een motivatieprobleem, terwijl het team in werkelijkheid vastzit in een patroon van aangeleerde passiviteit.
Gedrag en signaalpatronen
De volgende patronen zijn kenmerkend voor teams die te lang op afstand hebben gefunctioneerd:
- Terughoudend spreken in meetings
- Duidelijk verschil in energie tussen één-op-één gesprekken en het teamoverleg
- Besluitvorming wordt vertraagd of vooruitgeschoven
- Indirecte communicatie in plaats van directe afstemming
- Leidinggevenden gaan harder sturen om beweging te forceren
- Focus op taken en afvinken, minder op samenwerking
- Vermijdingsgedrag zodra gesprekken spannend of persoonlijk worden
Het team draait door, maar beweegt niet.
Wat er onder de oppervlakte speelt
Psychologisch draait dit patroon om veiligheid, verbinding en betekenis. Tijdens langdurig thuiswerken verschuift de focus naar individuele taken en autonomie. Informele afstemming, spontane feedback en gezamenlijke reflectie verdwijnen naar de achtergrond.
In termen van teamontwikkeling blijft het team hangen tussen fases. De storming-fase wordt vermeden of niet herkend, waardoor spanning zich niet uit, maar zich vastzet. DISC-profielen versterken dit patroon:
- Groene profielen vermijden conflict en trekken zich terug
- Blauwe profielen zoeken zekerheid in structuur en afspraken
- Rode profielen nemen over wanneer initiatief ontbreekt
- Gele profielen verliezen energie bij gebrek aan interactie
Systemisch gezien is het team losgeraakt van gezamenlijk eigenaarschap en initiatief.
Waarom dit patroon blijft bestaan
Dit patroon blijft bestaan omdat de overgang van remote werken naar fysieke samenwerking vaak technisch wordt geregeld, maar gedragsmatig niet wordt begeleid. Mensen weten weer waar en wanneer ze werken, maar niet wat er van hen verwacht wordt in samenwerking en initiatief.
Zonder expliciete dialoog over energie, betrokkenheid en eigenaarschap ontstaan aannames. Het team wacht op richting, terwijl de leiding wacht op initiatief. Daardoor blijft beweging uit.
Context van de case
Context: Corporate backoffice-team na langdurig thuiswerken
Het team voelde vlak en afstandelijk. Ideeën bleven uit en niemand nam initiatief. De manager interpreteerde dit als een motivatieprobleem, terwijl het ging om verankerde passiviteit na een lange periode van remote werken.
Interventie
De interventie was gericht op het herstellen van energie en eigenaarschap:
- Een energiemeting om patronen zichtbaar te maken
- Teamopdrachten met korte, haalbare successen
- Formuleren van gezamenlijke doelen in plaats van individuele taken
- Selectie en realisatie van concrete ‘quick wins’ vanuit het team zelf
De nadruk lag op doen, ervaren en gezamenlijk succes boeken.
Aanpak in 6 weken
Week 1–2: Diagnose, observatie en energiemeting
Week 3: Veiligheid creëren en het gezamenlijke gesprek voeren
Week 4: Teamcontract met duidelijke normen voor initiatief en samenwerking
Week 5: Rolhelderheid, eigenaarschap en nieuwe ritmes
Week 6: Borging via reflectie, feedbackloops en zichtbaar resultaat
Resultaat
De verandering werd snel zichtbaar:
- De energie in het team nam merkbaar toe
- Vier procesverbeteringen werden door het team zelf geïnitieerd
- Initiatief en eigenaarschap kwamen terug in de samenwerking
- De afhankelijkheid van de manager nam af
- Het team functioneerde weer als collectief in plaats van losse individuen
Door energie en eigenaarschap expliciet te maken, kwam het team weer in beweging.